Plateelbakkerij Zuid Holland


De  volledige collectie  Plateelbakkerij Zuid Holland  van ruim 100 inktstellen kunt u hier ontdekken. Regelmatig wordt de collectie nog uitgebreid  met nieuwe aanwinsten.


Onder eerst een korte beschrijving van de historie van deze plateelbakkerij. Maar daarna kunt u de collectie verkennen. Door op een inktstel te klikken dat u interessant vindt, komt u op een pagina met een toelichting bij dat inktstel, een video en meerdere foto's. 


Van veel modellen hebben wij meerdere exemplaren, beschilderd met verschillende decors. Wij laten alle exemplaren zien, zodat er een completer beeld ontstaat van de decors die zijn gebruikt bij de productie van inktstellen en inktpotten.


Indien een inktpot is voorzien van een plaats om een kroontjespen op te leggen, noemen wij dit overigens een inktstel.





Oprichting

Plateelbakkerij Zuid-Holland, E. Estié & Co werd opgericht in 1898 en groeide uit tot de grootste producent van plateel. Oprichters Jonker en Estié kochten een bestaande aardewerkfabriek aan de Raam te Gouda. De samenwerking verliep niet vlekkeloos en men besloot in 1903 de samenwerking te beeindigen. De heer B.J.C. Hoyng werd eigenaar. Deze had al een aantal winkels waar huishoudelijke artikelen verkocht werden. Zijn toetreden betekende een zakelijke impuls, meer aandacht voor wat consumenten verlangden en een modernere bedrijfsvoering. Daarbij was een belangrijk deel van de productie verzekerd van afzet via de winkels van Hoyng. De onderneming gaat verder in de vorm van een N.V., Plateelbakkerij Zuid-Holland. In 1930 krijgt PZH, of Plazuid genoemd, het predicaat Koninklijk.

Het bedrijf heeft bestaan tot en met 1965. De kunsthistorisch meest belangrijke periode lag in de beginjaren tot midden jaren ’20. Daarna richtte men zich meer op de productie van serviezen en vazen en minder op kunstzinnig gevormde en beschilderde gebruiksvoorwerpen.


Voorwerpen in de collectie

De collectie bestaat niet alleen uit inktpotten en inktstellen. PZH produceerde ook producten die daar nauw verband mee hielden. Als een brief geschreven werd met kroontjespen, dan lag die pen eerst op een pennenbakje van plateel. Vervolgens werd de brief geschreven met inkt uit een inktpot of inktstel, soms voorzien van twee inktpotten voor verschillende kleuren. De inkt werd daarna gedroogd met vloeipapier, bevestigd aan een inktblotter, ook van plateel. Vervolgens ging de brief in een envelop en werd deze dichtgeplakt met zegellak. Ook een zegelset, met luciferhouder, kaarsenstandaard en houder voor de zegellak, werd door PZG gemaakt in plateel. Bij voorkeur had de eigenaar een set hiervan, beschilderd met hetzelfde decor. 

Van zowel het decor Rhodian als het decor Ali, beschikken wij over een volledige set. 

Decors en glazuur

PZH heeft vanaf de start veel oog gehad voor technologische ontwikkeling, in combinatie met kunstzinnige vormgeving en beschildering. Men produceerde niet de absolute top in aardewerk, zoals dat van Rozenburg of Holland Utrecht. Men richtte zich meer op het vereenvoudigen van het productieproces en de beschildering. Dit in combinatie met duurzaamheid van het product en toch een kunstzinnige uitstraling. Op deze wijze werd een betaalbaar alternatief geboden voor het nog luxere aardewerk van sommige andere fabrieken.

Dit is ook een van de redenen waarom PZH zo lang bestaan heeft. Veel van de high-end fabrieken gingen failliet omdat het product te duur, te luxe of te kwetsbaar was. 

Er is een duidelijke lijn zichtbaar in de decors die werden ontwikkeld. In de beginjaren werden de beschilderingen van Rozenburg nageboots in een iets minder subtiele, maar nog steeds prachtige uitvoering. PZH noemde dit het P decor, genoemd naar Porselein. Maar het product zelf was geen porselein. Een voorbeeld in de collectie is het model 192, in de lichte uitvoering. Hierna ontstond het NP decor, wat staat voor Nieuw Porselein. Bijvoorbeeld model 693 in halfmatte glazuur. Dan de weinig voorkomende decors mat bloemen en mat vogels. Hele subtiele decors in een sterk vernieuwende matte poederachtige glazuur. Een voorbeeld hiervan is het zeldzame model 692. 

Waar bij aanvang het glazuur sterk glanzend was, werd dat in de loop der jaren minder glanzend en de echte doorbraak naar matte glazuur kwam met de decors Damascus en Rhodian. In de collectie bevinden zich een aantal inktstellen van beide decors in matte uitvoering. Bijvoorbeeld de modellen 0118 en 769.

Men bleef experimenteren met decors en glazuur en een voorbeeld hiervan is het inktstel model 2582 in het decor Muvelee. Ontwikkeld door de heren Muller en van der Lee.